12.1 Verhoogde kinderbijslag

12.1.1 Verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap

Kinderen met een handicap, jonger dan 21 jaar en minstens 66% lichamelijk of geestelijk ongeschikt, kunnen aanspraak maken op een verhoogde kinderbijslag. Naargelang de categorie van zelfredzaamheid wordt de kinderbijslag verhoogd met een bepaald bedrag.

Bij opname in een instelling wordt een gedeelte van het bedrag van de bijslag aan de instelling gestort.

De verhoogde kinderbijslag en de vaststelling van de invaliditeitsgraad moeten worden aangevraagd bij het organisme dat de kinderbijslag uitbetaalt (Kinderbijslagfonds, Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers, Rijksinstituut voor Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen). Na een administratief onderzoek zal dit organisme de aanvraag voor medisch onderzoek doorsturen naar de Medische Dienst van het Ministerie voor Sociale Zaken.

12.1.2 Verhoogde kinderbijslag voor kinderen van arbeidsongeschikte werknemers

De werknemers moeten 66% arbeidsongeschikt zijn door ziekte, arbeidsongeval, beroepsziekte of bevallingsrust met moederschapsuitkering. De arbeidsongeschiktheid moet minstens 6 maanden duren. Het inkomen mag enkel bestaan uit vervangingsinkomens (ziekteuitkering, werkloosheid, ...). Het inkomen mag het plafond van 1514.65 euro niet overschrijden.

De aanvraag dient te gebeuren bij het kinderbijslagfonds.

Bron: Werkgroep thuisverzorgers vzw