Waar vandaan: Toerisme > Zonbestemmingen > Tunesië > Bezienswaardigheden

Zonbestemmingen > Tunesië > Bezienswaardigheden

Promoties & reserveren
Bezienswaardigheden
Belangrijke informatie
Reisverhalen

 

Tunis

Tunis is een wereld op zich : prachtige gebouwen getuigen van een roemrijk verleden, geheimzinnige schatten rusten in de koele hallen van de musea en galerieën, luide stemmen vullen de steegjes van de medina, oude gebruiken vermengen zich met de levensstijl van de moderne tijd. Nergens in Tunesië botsen de tegenstellingen zo hard tegen elkaar aan als in Tunis. De hartklop van het moderne leven voelt men op de prachtige Avenue Habib Bourghiba . Barokke gebouwen, het witte Nationale Theater in Art Nouveau-stijl, de Franse kathedraal van 1882, al deze constructies vermengen zich met moderne futuristische bouwwerken.

Het mooiste gedeelte van de flaneer-boulevard strekt zich uit van de Place d'Afrique tot aan de Porte de France , de toegangspoort tot de medina, het oude stadsdeel van Tunis. De medina schenkt de bezoeker een veelvoud aan indrukken. Deze bezoeker dient er dan ook zijn tijd voor te nemen om dit stadsdeel terdege te bezoeken. Ze is de grootste en, samen met die van Kairouan, de best bewaarde medina van het land . De medina van Tunis werd in de 9e en 10e eeuw gesticht en in de 13e eeuw volledig omgebouwd. In de 17e en 18e eeuw, tijdens de Turkse overheersing, werden er nieuwe gebouwen opgetrokken. Zoals in elke medina vindt men ook hier  verschillende Souks, elk ambacht heeft zijn eigen straatje. De verkoopsstandjes dateren nog uit de middeleeuwen. Traditioneel behoorde elk stadsdeel van de medina aan een stam of een etnische minderheid, zoals Joden of Europeanen. Vandaag beschikt elk deel over zijn eigen moskee, eigen winkels, eigen hammam, eigen waterbron, en een eigen café en gemeenschappelijke oven.

Schatten uit vervlogen tijden
Aan elke straathoek kan men voor een verrassing komen te staan. Soms is het een stenen bron, soms een betegelde binnenhof van een Osmaans paleis, soms een rijkversierd mausoleum.  Stadsplannen die aan de muren hangen, helpen de bezoeker zijn weg in het doolhof te vinden. De El-Zitouna moskee is de bloem van de medina. Ze werd in het jaar 732 gebouwd en herbergt de oudste universiteit van de Arabische wereld . 

Een andere belangrijke bezienswaardigheid is het beroemde Bardo museum , op ongeveer drie kilometer ten westen van het stadscentrum in een elegante villawijk gelegen. De tentoongestelde werken bevinden zich in een harem uit de 19e eeuw en getuigen op een indrukwekkende manier van de 3000 jaar oude geschiedenis van het land. Dit museum heeft wereldfaam door zijn bijzondere verzameling Romeinse mozaieken. Een andere must voor de kultuurliefhebber die Tunesië bezoekt zijn de voorsteden van Tunis : Carthago en Sidi Bou Said.

Sidi Bou Said

Sidi Bou Said, het Andalousische dorp , ligt op de 100 m hoge, steil naar de zee afdalende Cap Carthage in het noordoosten van Tunesië. Zoals geen enkele andere plaats in het land verbindt dit dorp de sprookjesachtige charme van Duizend en Een nacht met de kleurenpracht van de Middellandse Zee. De verblindend witte huizen in kubusvorm met hun rijk versierde blauwe deuren, blauwe vensterramen en filigranen hekken doen het hart van elk romanticus overslaan. Achter de zwaarbeslagen deuren bevinden zich lieftallige tuinen vol met bougainvilles en wondermooi betegelde vloeren. De enge steegjes hangen vol met jasmijngeur. Het is niet te verwonderen dat de betoverende pracht van Sidi Bou Said kunstenaars als Paul Klee en August Macke tot inspiratie diende. Tot op vandaag heeft dit dorp de naam een kunstenaarskolonie te zijn. Een onvergetelijke belevenis biedt Sidi Bou Said op het zogenaamde blauwe uur, wanneer de dag langzaam nacht wordt. De hitte gaat slapen, en een zacht blauw licht legt zich als een koele sluier over het dorp.

Monastir

De oude havenstad Monastir staat in het uiterste zuiden van de Golf van Hammamet op een rotsachtige kaap. De mooie medina met de prachtige Ribat, de uitgestrekte goudgele stranden met twee golfterreinen en de moderne internationale luchthaven maken de stad tot een geliefd vakantieoord.

De 11de eeuw was de gouden tijd voor Monastir, toen de stad een tijd lang de religieuze hoofdstad van het land was. Een bezoek aan Monastir begint bij de Ribat die zich op de smalle strook tussen de Medina en de zee majestueus verheft. Het imposante bouwwerk stamt uit de 8ste eeuw en was ooit een oninneembare vesting. In de vroegere gebedszaal bevindt zich een klein museum dat over een belangrijke verzameling Islamitische kunst- en gebruiksvoorwerpen beschikt. Het pronkstuk van de verzameling is een Astrolabum - een astronomisch meet- en observeerapparaat uit de 9de eeuw. Ten westen van de Ribat strekt zich het kerkhof uit met oude marabous . Men kan niet naast het machtige en van ver zichtbare Bourghiba-mausoleum kijken, de toekomstige grafmoskee van de vroegere President.  Langs de slentersteegjes van de Souk met hun lage doorgangen ervaart de bezoeker een mengeling van geuren en kleuren uit de orient. Alsof de tijd is blijven stilstaan. Overal worden met luide stem tapijten, lederwaren, zilver- en goudwerk aangeprezen. Op de achtergrond weerklinkt de rythmische metaalklank van een kunstwerker die zich op zijn arbeid concentreert.

Onder de Ribat ligt het havenbekken met zijn hypermoderne jachthaven waarrond het nieuwe vakantiedorp Cap Monastir gestaag groeit. In het noordwesten wordt het bekken afgesloten door een dam die naar twee kleine eilandjes voert. In Skanes (de groene hotelwijk van Monastir) en La Dkhila loopt er langs de brede fijnzandige stranden een ketting van hotels en discotheken.

Hammamet

Ten zuiden van Nabeul, ligt aan de met zandstranden omgeven Golf van Hammamet het gelijknamige stadje in een heel mooi natuurlijk dekor. Het is een van de bekendste en meest befaamde badplaatsen in Tunesië door zijn prachtige stranden, zijn kasbah, het fort aan de vissershaven, en talrijke restaurants en bars.

Het succes van het oudste en meest geliefde vakantieoord in Tunesië begon al rond het begin van de 20ste eeuw. Verschillende beroemde kunstenaars ontdekten het schilderachtige plaatsje : Gustave Flaubert, Oscar Wilde, André Gide, Paul Klee, Guy de Maupassant. Het symbool van Hammamet is de Medina , de oude stad uit de 15de eeuw, die nog steeds door muren wordt omringd. De zuidkant ervan grenst aan de zee. De levendige souks en de enge straatjes zorgen voor een fascinerend exotisme. De kasbah, de stadsvesting is een echte bezienswaardigheid. Ook mooi is de heerlijke villa die de Roemeense aristokraat Georges Sebastien in de jaren 20 liet bouwen. Vandaag bevindt zich hier het internationale cultuurcentrum, waar jaarlijks concerten en theateropvoeringen plaats vinden. 

Het moderne Hammamet heeft een kleine vissershaven - de boten worden gewoon op het strand getrokken -, een lieflijke oeverpromenade met cafés en restaurants, twee belangrijke winkelstraten, casinos en golfterreinen.  In 2000 werd een nieuwe jachthaven geopend, de Marina Jasmin . Met zijn 740 ankerplaatsen wordt dit de grootste jachthaven van het land waar boten met een lengte tot 70 m zullen kunnen aanleggen. 

Sousse

Ten zuiden van de Golf van Hammamet ligt Sousse, na Tunis en Sfax de derde grootste stad van het land . Men veronderstelt dat de stad in de 9de eeuw voor Christus door de Feniciërs werd gesticht. Door haar strategische ligging aan de zee werd deze stad een speelbal in de machtstrijd der groten : de Romeinen, de Arabieren, de Noormannen, de Spanjaarden en de Fransen. Ook vandaag is Sousse nog steeds een belangrijk handelscentrum met een dichtbevolkt hinterland waar op een intensieve manier landbouw wordt bedreven. Voor de poorten van Sousse strekken zich onmetelijke olijfboomgaarden uit.

Het hart van de stad is ook hier de volledig ommuurde Medina , gerestaureerd tussen 1968 en 1970. Aan de voet van de Medina ligt de schilderachtige haven. De imposante stadsmuur ontstond in de 9de eeuw en werd nadien verschillende malen versterkt. Uit dezelfde periode stamt de massieve Grote Moskee , met de twee hoektorens die eraan gebouwd werden om de haven beter te kunnen beschermen.

 

Bij een wandeling door de Medina valt vroeg of laat het oog op de machtige toren van de Ribat . Langs heel de Tunesische kust ontstond een hele reeks van dergelijke vestingstorens  waar religieuze ridderorden ondergebracht werden, de zogenaamde Ghazis . Op het hoogste punt van de oude stad bevindt zich de Kasbah , een imposante versterkte burcht uit de 9de eeuw. Vooral de 30 meter hoge Khalef el Fatah toren is goed bewaard gebleven. Het is een van de oudste torengebouwen in de islamwereld. Het silhouet van Sousse wordt er volledig door overheerst. De kasbah wint aan belang door het museum dat er zich in bevindt. Samen met het Barbo museum in Tunis beschikt het museum van Sousse over de grootste verzameling Punische, Romeinse en vroeg-christelijke schatten : van rijk versierde mozaieken over Romeinse kunstvoorwerpen tot Punische grafmonumenten.

Aan de andere kant van de Kasbah, aan de westelijke rand van de stad, kan men onderaardse labyrinthachtige catacomben met 240 vroeg-christelijke grafnissen bezichtigen. Ze zijn beter bewaard dan de gelijkaardige catacomben in Rome.

Het moderne Sousse heeft de onmiskenbare charme van een mediterane stad : grote boulevards met restaurants, discotheken, hotels, winkels, een casino en een prachtige strandpromenade. Ten noorden van de Medina en de haven begint een zowat 10 kilometer lange kuststrook met hotels tot aan Port El Kantaoui. Men kan de hotels vrij eenvoudig bereiken met de openbare verkeersmiddelen.

Port El Kantaoui

Ook Port el Kantaoui beroemt er zich op de mooiste vakantieplek in Tunesië te zijn. De moderne toeristische infrastructuur van dit havenstadje aan de Middellandse Zee heeft inderdaad heel wat troeven in de hand om een verblijf tot een prachtige ervaring te maken.  Port el Kantaoui ligt op slechts 5 km van Sousse.

De stad is gebouwd naar het architectonisch model van de oude stad Sidi Bou Said en verbindt oud en modern op een gracieuze wijze met elkaar. De kern van deze heel Moors aandoende badplaats is de jachthaven, die volgens de moderne criteria werd aangelegd. Rond deze haven werden appartementen en bungalows gebouwd waarvan de steegjes, erkers en schaduwrijke arcades een oosterse levensstijl weerspiegelen. De eerste tuinhaven van de Middellandse Zee, zoals Port el Kantaoui wel eens wordt genoemd, beschikt over alles wat een vakantieverblijf aangenaam kan maken : restaurants, bars, cafés, discos, een prachtig golfterrein (met 27 holes), een zeil- en duikschool, een inkoopcentrum, boutiques, een bank, een ziekenhuis, reisbureaus etc..

Mahdia

Een heel bijzonder vakantieoord ligt tussen Monastir en Sfax : de provinciehoofdstad Mahdia . De Medina ligt schilderachtig op een smal, rotsachtig schiereiland en wordt door de machtige vestingsmuren van de Bordj el Kebir bewaakt. Het strand is er heerlijk en (nog) niet door toeristen overspoeld.

De stad heeft als bijnaam : de stad met de twee halve manen . Ze ligt 50 km ten zuiden van Monastir en staat bekend, naast de prachtige zandstranden en de medina, om de traditionele vissershaven, de grote moskee, de wekelijkse souk en de betoverend mooie begraafplaats.

Djerba

Op dit paradijselijk eiland voor de kust in het zuiden van Tunesië vindt elke vakantieganger wat hij verlangt : prachtige stranden, wuivende palmen, schilderachtige witte huisjes en betoverende moskeeën. Heel het jaar door heerst er een warm en weldoend klimaat. De Griekse held Odysseus bezocht reeds Djerba . Toen hij en zijn kompanen het eiland betraden, werden ze vriendelijk en gastvrij ontvangen door de bewoners. Het kostte Odysseus veel moeite om zijn manschappen te overtuigen hierna de reis verder te zetten.

Als een grote oase rijst het 28  km brede en 22 km lange eiland op uit de golf van Gabès . Door de nabijheid van de woestijn heerst er een warm en droog zomerklimaat en voelt de winter als lente aan. De witte fijnzandige stranden en het heldere turquoise zeewater vormen het ideale decor voor een droomvakantie. Op Djerba is alles mogelijk : met vrienden een jeepsafari in de woestijn ondernemen of met een viskotter de geheimen van de zee ontdekken.

De stranden van Sid Mahrès en Séguia.
Langs deze twee stranden die door een vuurtoren van elkaar gescheiden zijn, bevinden zich talloze hotels.  Een paradijs voor sporters : zeilers, surfers, paardrijders, golfspelers, allemaal komen ze hier volop aan hun trekken. Na de sport vindt men ontspanning in het plaatselijke Casino. De hotels zijn, met hun typische koepeldaken en mooi gelegen bungalows, gebouwd in de stijl van de plaatselijke huizen. Om het echte en oorspronkelijke Djerba te leren kennen, is het goed om de marmeren koelte van het hotel te verlaten en een uitstap te ondernemen.

Op ontdekkingsreis : het land en zijn bewoners.
Op het eiland Djerba bevinden zich talloze palmen, olijfbomen, groenten- en graanvelden. De meeste van de zowat 100.000 Djerbi wonen in kubusvormige huizen die, omgeven door tuinen en muurtjes, het schrale landschap een levendig accent geven. De belangrijkste vormen van inkomen zijn landbouw, visserij, handwerk, handel en toerisme. De hoofdstad is Houmt Souk , vroeger een rustplaats op een handelsroute, en nu nog steeds een handelscentrum. Je vind hier natuurlijk ook de voor Noord-Afrika zo typische souk, met vele kleine straatjes waar producten in alle geuren en kleuren worden aangeboden. De warme en voedselrijke wateren rond het eiland zorgen er voor dat visserij heel belangrijk is. Op de markt vindt men dan ook een overweldigend aanbod aan verse vis.
Naast de vesting Bordj El Kebirist en de ongeveer 200 witte moskeeën, is de synagoge El Ghriba vlakbij Erriadh de belangrijkste bezienswaardigheid op Djerba.

De woestijn.
Men kan vanuit Djerba heel gemakkelijk het vasteland bereiken : met de auto over de zogenaamde Romeinendam bij El Kantara, of met de veerboot vanuit Agim. Een rechte route voert je dan door de uitlopers van het Atlasgebergte, en hierna bereikt men de stenen wereld van de Berberdorpen , de zoutzeeën en de bergoases. Langs de weg kan men dan hier en daar nomaden zien die met hun geitenkuddes door het schrale landschap trekken. In het prachtige door de zon verbrande kraterlandschap van Matmata leven de mensen nog, zoals 3000 jaar geleden, in grotwoningen. Langs schachten bereikt men de lager gelegen binnenhoven, waarrond woonruimtes werden uitgegraven. Als het buiten 45°C heet is, is het hier een koele 25°C. In de winter wordt het in dergelijke woningen niet kouder dan 20°C. Ten zuiden van Matmata bevindt zich een andere bezienswaardigheid : de Ghorfas , met leem gebouwde nissen die als paddestoelen aan de bergen kleven. Vroeger werden ze door de Berbers gebruikt als opslagruimte en schuilplaats. Sommige ervan zijn thans uitgebouwd als hotel. De meest indrukwekkende Ghorfas zijn te bewonderen in Metameur, Ghomrassen, Ksar Hadada en Douirat.

Poort naar het zuiden.
Ten noorden van Matmata ligt Gabès , de enige Noord-Afrikaanse oase die aan de zee ligt, ook wel eens "de poort naar het zuiden" genoemd. Hier groeit alles was men op de Tunesische markten kan vinden : dadels, tabak, meloenen, abrikozen, citrusvruchten en bananen. De groenten- en fruitplantages strekken zich schilderachtig uit tussen de zee en de palmbossen. Een mooie uitstap : Chenini ! Dit is een bergvesting midden in de woestijn, die sinds mensenheugenis als schuilplaats diende voor de Berbers. Heel indrukwekkend is hier de uit de rotsen gehouwen moskee, met zijn talloze, door legenden omgeven grafmonumenten waarin, volgens de legende, reuzen begraven werden.

Carthago

De antieke stad Carthago was eeuwenlang het centrum van het Punische Rijk . Volgens de legende werd de stad tijdens de heerschappij van Prinses Dido in het jaar 814 voor Christus gebouwd door Fenicische inwijkelingen . Hiarbas, de lokale heerser, bood de immigranten zoveel land aan als een ossenvel kon omspannen. Dido gebruikte een list om zoveel mogelijk land in te nemen. Ze sneed het ossenvel in kleine reepjes en omspande hiermee ongeveer het halve schiereiland.

Tijdens het Rijk van Hannibal ontwikkelde de Koningin van de Middellandse Zee, zoals Carthago toen genoemd werd, zich tot een absolute grootmacht. De drie Punische oorlogen met Rome luidden het verval van de stad in. In 146 voor Christus werd Carthago tijdens een laatste dramatische oorlog bijna met de grond gelijk gemaakt. Tijdens de heerschappij van de Romeinse keizer Augustus werd hier een Romeinse nederzetting opgericht. Op die manier klom Carthago weer op tot de status van hoofdstad van de Romeinse provincie Afrika. Reeds in de 2de eeuw na Christus was Carthago met zijn 300.000 inwoners na Rome en Antiochië de derde grootste stad in het Rijk. Hierna nam Byzantium de leiding over. Nog later veroverden de Arabieren de vroeger zo machtige stad en gingen samen met haar tenonder.

Vandaag stammen de meeste ruïnes uit de Romeinse tijd . Bezienswaardig zijn vooral de Augustus-thermen met het archeologisch park, het amphitheater en de citernen. Uit de Punische tijd is er nog een zorgvuldig gerestaureerd woonkwartier overgebleven. Er hangt over deze plaats een zweem van vergankelijkheid, maar als 's nachts het geheimzinnige zuilenlandschap van Carthago belicht wordt, lijkt het alsof de eens zo machtige stad voor enkele uren weer tot leven komt.

 

Promoties & reserveren
Bezienswaardigheden
Belangrijke informatie
Reisverhalen

 

 

Bron tekst: Arakea