Waar vandaan: Huisdieren > Konijnen > Twee konijnen koppelen

Twee konijnen koppelen

Zoals je hierna zult lezen zijn er veel factoren waar je rekening mee moet houden als je twee konijnen samen wilt laten leven. Iemand die vaak konijnen koppelt doorziet een situatie snel en kan bedenken welke handelwijze gevolgd moet worden. Maar iemand die een enkel keertje een konijn erbij neemt zal die handigheid niet snel krijgen. Hopelijk helpt dit hoofdstuk om te begrijpen waar je op moet letten en leert het je de verschillende benaderingen in verschillende situaties. In dit hoofdstuk wordt over huiskonijnen gesproken. Maar voor buitenkonijnen gelden precies dezelfde richtlijnen. Het belangrijkst blijven het vertrouwen in jezelf en je houding naar de konijnen toe. Als je gelooft dat je het kunt, lukt het.

Er is niets leukers om naar te kijken dan naar twee konijnen die dicht tegen elkaar liggen, kopjes tegen elkaar, af en toe elkaar wassend. Je kunt zien dat ze volkomen gelukkig zijn, en dat ze van elkaars gezelschap genieten. Als je je afvraagt of je konijntje zal veranderen als hij/zij eenmaal een maatje heeft dan is het antwoord natuurlijk JA. Elke situatie is anders en elk konijn ook, maar een konijn met een geaccepteerd soortgenootje zal beslist gelukkiger zijn....

Het gebeurt vaak genoeg dat twee konijnen, vooral een mannetje en een vrouwtje, na een eerste kennismaking elkaar aardig vinden en al heel spoedig elkaar wassen en steeds in elkaars buurt zijn, of bij elkaar liggen. Dit is een makkelijke koppeling, en hier hoeft nauwelijks bij geholpen te worden. Maar het gebeurt ook vaak dat er een langere periode van wennen nodig is, en daar is dit hoofdstuk eigenlijk voor geschreven.

Dus het lijkt je leuk voor je konijntje om er een konijntje bij te nemen... en dan rijst de vraag hoe zoiets aangepakt moet worden. Moet het een mannetje zijn of een vrouwtje, een jong of een oud konijn. Is het ras belangrijk, of de leeftijd...

Eigenlijk is het niet belangrijk welke konijnen bij elkaar gezet worden, groot of klein, jong of oud, hangoor of puntoor. Een Vlaamse reus kan de grootste vrienden zijn met een dwergkonijn. Wel is het beter om een volwassen konijn te koppelen aan een volwassen konijn, en is de combinatie mannetje/vrouwtje de beste combinatie. Deze combinatie zou het eerst geprobeerd kunnen worden. Lukt het niet een geschikte partner te vinden dan kan geprobeerd worden twee konijnen van hetzelfde geslacht bij elkaar te zetten.

Een volwassen konijn heeft het liefst een volwassen partner. Een heel jong konijntje wordt meestal nawelijks geaccepteerd, of het jonge dier wordt door het volwassen dier onder de voet gelopen. Maar verder speelt leeftijd geen rol. Een konijn van acht jaar oud kan goed gekoppeld worden aan een konijn van drie jaar oud. Jonge konijnen kunnen tot de leeftijd van drie maanden over het algemeen probleemloos bij elkaar gezet worden. Ze zullen elkaar zonder meer accepteren, met elkaar spelen, tegen elkaar slapen, elkaar likken. Maar door hormonale invloeden kun je dan wat later, als ze een maand of vijf oud zijn of ook wel eerder, toch gevechten gaan verwachten, en zullen ze alsnog gecastreerd/gesteriliseerd moeten worden. Jonge vrouwtjes en mannetjes moeten in ieder geval altijd vanaf drie maanden gescheiden worden, omdat ze vanaf die leeftijd vruchtbaar zijn.

Wat erg belangrijk is, is de manier waarop twee vowassen konijnen bij elkaar gezet worden. Je kunt namelijk niet zomaar twee konijnen samen in een hok zetten. Net zoals mensen dat willen, willen konijnen eerst kennismaken. En net zoals bij mensen het geval is, klikt het tussen sommige konijnen absoluut niet.

Konijnen moeten dus eerst kennismaken, en tijdens die kennismaking leren ze elkaar te vertrouwen, en uiteindelijk diepe vriendschap/liefde te hebben. Omdat elk konijn een ander karakter heeft, verloopt geen enkele kennismaking hetzelfde. Er zullen dus verschillende technieken uitgeprobeerd moeten worden om een kennismaking goed te laten verlopen.

Voordat je een tweede konijn in huis haalt zul je moeten zorgen voor een tijdelijke tweede kooi. Deze kooi moet het liefst naast de kooi staan van het konijn wat je al hebt. Verder moet gezorgd worden voor een neutrale plek, waar de konijnen verder kunnen kennismaken. Een plek is neutraal als je konijn er nog nooit geweest is, en daar dus ook geen territoriaal gedrag zal vertonen.

De konijnen moeten goed gezond zijn. Koppelen is meestal stressvol en als je konijn een gezondheidsprobleem heeft kan hem dat makkelijk opbreken. In dat geval kun je beter niet koppelen tenzij de koppeling heel makkelijk, bijna vanzelf gaat. Dus als de konijnen vijandig doen, dan beter ermee stoppen. Als je konijn snot heeft, wat zeer besmettelijk is, kun je geen maatje voor hem zoeken omdat hij het nieuwe konijn ook ziek zal maken.

De hoofdzaak is dat konijnen eerst gesteriliseerd of gecastreerd worden voordat je ze gaat koppelen. In elk geval moet het mannetje gecastreerd zijn als je hem wilt koppelen aan een vrouwtje, ook als het vrouwtje gesteriliseerd is. Een niet gecastreerd mannetje zal namelijk steeds gaan lopen vervelen bij het vrouwtje, en daar kan het vrouwtje heel erg geïrriteerd door raken. Wil je twee mannetjes koppelen, moeten beide gecastreerd zijn, wil je twee vrouwtjes koppelen dan moeten ze gesteriliseerd zijn. Na de operatie moeten de wonden minstens drie weken de tijd krijgen om goed te genezen. Ongeveer een maand na castratie of sterilisatie is het gunstig om twee konijnen te koppelen.

Kennismaken .

Omdat konijnen beslist voorkeur hebben, kun je het beste je konijn zijn eigen maatje laten uitkiezen. Konijnen die in elkaar geïnteresseerd zijn, zijn veel makkelijker te koppelen. Het is een goed plan om je konijn mee te nemen naar verschillende asiels, opvangcentra of particuliere adressen en hem verschillende andere konijnen te laten ontmoeten. Voor dit doel is er een kleine neutrale plek nodig (ongeveer 2x3 meter). Dit kan een ren zijn, een halletje, een klein kamertje etc. Zolang het maar klein en leeg is, zonder obstakels waar de konijnen in, onder of achter kunnen schieten. Verder mogen de konijnen er nooit eerder geweest zijn.

Zet de twee konijnen in de kleine ruimte en let goed op het verschil tussen dominantie en agressie. Dominantie wordt meestal geuit door middel van op elkaar rijden. Dit is normaal gedrag. Als een van de twee konijnen aldoor op de ander wil rijden, kan hij beter zachtjes weggeduwd worden. Want het andere konijn kan zich onderwerpen, maar kan ook geïrriteerd raken en willen bijten als het te lang duurt. Zowel mannetjes als vrouwtjes rijden op elkaar, dit heeft te maken met de bepaling van de rangorde.

Als er tekenen van agressie zijn - oren schuin naar achteren, staarten omhoog, spanning - moeten de konijnen uit elkaar gezet worden. Het ziet er niet naar uit dat dit een goed stelletje zal worden. Als twee konijnen elkaar niet mogen zullen ze gaan vechten, en gevechten moeten te allen tijde voorkomen worden.

Om voorbereid te zijn op gevechten is het raadzaam een plantenspuit binnen handbereik te zetten voor het geval dat. Konijnen die (willen) gaan vechten kun je even stoppen door met een hard straaltje op het voorhoofd of in het gezicht te spuiten. Trek dikke handschoenen aan of doe oude gymschoenen aan je handen. Omdat de konijnen blindelings zullen bijten en geen erg hebben in je handen, zijn je handen op deze manier goed beschermd als je tussenbeide moet komen.

Als ze in elkaar geïnteresseerd zijn, zullen ze zich waarschijnlijk onverschillig gedragen. Ze lopen allebei een andere kant op en keren elkaar de rug toe. Denk niet "wat raar dat ze elkaar negeren" want dat is juist een goed teken. Ze communiceren ‘op z'n konijns' op een voor mensen onbegrijpelijke manier met elkaar en proberen op deze manier uit of ze elkaar kunnen vertrouwen.

Ze kunnen ook naar elkaar toegaan en elkaar besnuffelen. Staartje beetje omhoog, oren een beetje naar voren. Ze zijn opgewonden door elkaars aanwezigheid, maar lopen weer van elkaar weg. Er moet goed op subtiele signalen gelet worden. Als de konijnen een paar passen bij elkaar vandaan blijven, maar wel gaan eten, zichzelf wassen of helemaal languit gaan liggen, dan beschouwen ze het andere konijn kennelijk niet als een bedreiging, en ook dat is een goed teken.

Het beste is als je konijn zoveel mogelijk toekomstige maatjes ontmoet. Je leert dan het verschil zien hoe ze op elkaar reageren. Kies het konijn waarvan je hebt gemerkt dat het in jouw konijn geïnteresseerd was (of onverschillig) en vice versa.

Koppelen.

De ontmoeting thuis verloopt bij elk konijn verschillend. Het eigen konijn zal een nieuw konijn in huis, hoewel zelf uitgezocht, toch vreemd vinden. Misschien wil hij gaan vechten om zijn positie in huis te behouden. Of misschien gedraagt hij zich onverschillig. Of wordt er al snel geknuffeld en gewassen. Het is belangrijk het gedrag te doorgronden en uit te vissen op welke manier de koppeling het beste werkt.

Bij thuiskomst staan twee kooien naast elkaar klaar, met ongeveer 7 cm. tussenruimte. De tussenruimte is belangrijk omdat de konijnen soms kunnen proberen elkaar door de tralies heen te bijten. Het is belangrijk dat ze in dezelfde ruimte zijn, zodat ze kunnen communiceren.

Als het ene konijn spoedig gecastreerd/gesteriliseerd zal worden, of als dat onlangs gebeurd is, kunnen de eerstvolgende paar weken gebruikt worden om de twee als buren alvast aan elkaar te laten wennen.

De konijnen(wc)bak in de kooi kan het beste aan de kant gezet worden die het verst van de andere kooi af is. Groenvoer en biks kan het best gegeven worden zo dicht mogelijk bij de andere kooi. Eten is een sociaal gebeuren en zo zijn de konijnen gedwongen sociaal gedrag te vertonen en dicht bij elkaar te eten. Het is goed om de konijnen elke 24 uur van kooi te laten wisselen, zodat ze leren in elkaars lucht te leven. Zo wordt voorkomen dat ze te bezitterig worden op de eigen kooi en zich dominant opstellen.

Als het echte koppelen begint kun je de konijnen het best loslaten in een kleine ruimte. Geschikte ruimtes zijn bijv. badkamer, badkuip, afgezet stukje van de gang etc. Elke plek waar je eigen konijn nog nooit geweest is, is goed. Er mag niets staan waar de konijnen onder of achter kunnen gaan en dus onbereikbaar worden, want ze moeten onmiddellijk gescheiden kunnen worden als er een gevecht dreigt te ontstaan. Scheiden houdt in dat ze ongeveer twee meter uit elkaar gezet moeten worden, dus niet terug naar de kooi. Plantenspuit, handschoenen en/of gymschoenen moeten weer bij de hand gehouden worden. Let goed op de tekenen van een konijn in de aanvalshouding. Kenmerkende oorstand schuin naar achteren en staartje omhoog, achterwerk iets omhoog, op het punt om aan te vallen. Zeg tegen het konijn dat hij lief is en duw hem een stukje achteruit.

Als een konijn plotseling gaat rennen en het andere konijn aavalt zul je dit nauwelijks aan zien komen, maar je zult snel tussenbeide moeten komen. Soms is een achtervolging normaal, omdat het ene konijn op het andere wil rijden en op die manier de dominantie wil bepalen. Achtervolgingen zijn dus niet altijd om te vechten. Er zijn konijnen die onschuldig kijkend op de grond liggen, maar het hoofd omdraaien en snel bijten. Die zijn het moeilijkst tegen te houden, hoewel hier bijna nooit gevechten door ontstaan. Het is de kunst aan de ogen en de houding van het konijn te leren zien wat hij van plan is.

Het is heel belangrijk dat je de konijnen niet laat vechten en dat je alles doet wat in je macht ligt om dat te voorkomen. Maar, als er agressie is, of een ongelukkig gevecht, is het belangrijk dat je de verschillende signalen van agressie begrijpt. Er zijn verschillende soorten gevechten. De ergste vorm van agressie is het "ik haat je" gevecht, waar het ene konijn op de ander afgaat met de bedoeling om aan te vallen. Vaak liggen de oren schuin naar achteren en de staart staat omhoog. Als je nog geen maatje uitgekozen hebt, is dit konijn geen goede keus. Als het wel het uitgekozen maatje betreft is het raadzaam de "uitputtingsmethode" (zie hierna) toe te passen.

Het tweede type gevecht begint meer als een schermutseling en heeft te maken met het vastleggen van de rangorde. Zowel mannetjes als vrouwtjes rijden op elkaar om de dominantie te bevestigen. Als je twee konijnen hebt die beide dominant willen zijn zullen ze zich verzetten tegen het rijden en proberen te bijten om te zeggen "stop daar mee!" De konijnen vlinderen om elkaar heen, al bijtend, en de plukken haar vliegen in het rond. Dit kan heel gemakkelijk in een hevig gevecht ontaarden omdat geen van beide toe wil geven.

Als je het gevoel hebt dat één van de twee dominant zal zijn, kun je het onwillige ondergeschikte konijn aaien terwijl je zachtjes praat. Het andere konijn kan even rijden. Na een paar keer rijden kun je het dominante konijn zachtjes wegduwen. Het dominante konijn mag even rijden maar niet te veel.

Met water spuiten is niet zo leuk, maar het is beslist noodzakelijk om de geringste vorm van gevecht te voorkomen. Hoofdzaak van het koppelen is vertrouwen - de konijnen moeten leren elkaar te vertrouwen. Elk gevecht zal tegengesteld werken en ervoor zorgen dat de konijnen nog argwanender naar elkaar doen. Verder kunnen ze elkaar lelijk verwonden, dus laat twee konijnen het nooit zelf maar uitzoeken.

Bij de eerste kennismaking/koppeling is het het beste de konijnen maar kort bij elkaar te laten, niet langer dan 15-30 minuten, misschien korter. Dat hangt van hun gedrag af. Laat ze zo mogelijk drie keer per dag bij elkaar, met tussenpozen van 6 tot 8 uur. Is dat niet mogelijk vanwege werkzaamheden buitenshuis, dan toch de konijnen elke dag korte tijd samenzetten.

Als je ziet dat de konijnen eerst wilden vechten maar na een poosje onverschillig doen, is er vooruitgang geboekt. Als ze eerst onverschillig waren en nu nieuwsgierig doen, is er ook vooruitgang geboekt.

De schijnbare onverschilligheid is om elkaar in te schatten, en geen teken van ongeïnteresseerdheid. Konijnen die niet in elkaar geïnteresseerd zijn gaan niet op slechts een paar meter afstand van elkaar liggen. Voorzichtig peilen ze op deze manier of ze elkaar kunnen vertrouwen. Let op andere tekenen. Gedragen ze zich relaxed? Wassen ze zich? Hoppen ze rond alsof alles normaal is? Dan beschouwen ze het andere konijn niet als een bedreiging. Hoogstwaarschijnlijk zal de afstand tussen hen steeds kleiner worden, en op een goede dag liggen ze ineens tegen elkaar aan te slapen...

Als de konijnen nieuwsgierig naar elkaar zijn zullen ze aan elkaar gaan snuffelen. Misschien zal de één gelikt willen worden door de ander, en zijn kop omlaag doen. Het ene konijn zal opgewonden het andere willen berijden. Dat kan een paar minuten toegelaten worden, maar dan is het beter als je dit konijn afleidt, om het andere konijn rust te gunnen. Het rijden op elkaar is zeer belangrijk en moet niet helemaal verhinderd worden, omdat het nodig is voor de bepaling van de rangorde. Als de rangorde eenmaal vastgesteld is, zal het rijden verminderen en tenslotte helemaal stoppen.

Waar wel op gelet moet worden is dat het konijn niet andersom, dus op de snuit van het andere konijn gaat rijden. Er is een kansje dat het vrouwtje zal bijten en per ongeluk de penis afbijt, het mannetje kan lelijk in de geslachtsdelen van het vrouwtje bijten. Dit gebeurt weleens...

Bij konijnen is er één altijd Opperkonijn, en het is belangrijk dat de konijnen beseffen dat in dit geval jij dit bent. Ze zullen proberen de baas te spelen, dus om overwicht te houden mag het heft niet uit handen gegeven worden. In de konijnenrangorde legt het Opperkonijn de regels vast en de konijnen moeten dit accepteren. Ze moeten leren dat ze elkaar niet aardig hoeven te vinden, maar dat ze zich wel netjes moeten gedragen. Vechten is niet toegestaan.

Een effectief hulpmiddel is je eigen stem, Je kunt de konijnen door hun eerste koppelproces heenpraten. Ze luisteren naar je stem en reageren daar meestal goed op, dat kun je merken. "Sjaak, lief doen!" "Snuffie, niet rijden! Dát is een lieve meid!" Beloon positief gedrag met vriendelijke woorden, en verbied ze slecht gedrag. Groenvoer geven werkt ook goed. Eten is een sociaal gebeuren bij konijnen. Leg een bergje groenvoer neer en laat ze samen eten.

Als het samenzijn goed verloopt, kan de tijd die ze samen doorbrengen steeds verlengd worden, en ze mogen in een wat grotere ruimte rondlopen. In deze periode mogen ze nog steeds niet zonder toezicht gelaten worden, want door schrik of opwinding kan nog makkelijk een gevecht losbarsten. Als ze eenmaal een paar uur goed met elkaar doorbrengen, mogen ze in een grote ruimte, waar ze ook samen kunnen eten. Dit is ook een goed moment om konijnen(wc)bakken (of kartonnen dozen met een laag organische vullig en een dikke laag hooi) voor ze neer te zetten. Ze kunnen die gebruiken en ermee spelen, zonder dat er een strijd om het bezit zal losbarsten. Nu kunnen ze ook een korte poos alleen gelaten kunnen worden, even een boterham smeren bijvoorbeeld...

Op een gegeven moment zijn de konijnen zo ver en gaan ze zo goed met elkaar om, dat de mensenlijke aanwezigheid niet meer persé noodzakelijk is, en kunnen ze steeds langer alleen gelaten worden. Het is wel belangrijk dat je altijd in de buurt blijft, om een oogje in het zeil te houden, in elk geval de eerste tijd.

Vaak zal in het hele proces een stapje vooruit gevolgd worden door een stapje achteruit. Zo lang het echter over het algemeen vooruitgaat is er niets om zorgen over te maken.

Na verloop van tijd kunnen de konijnen voortaan elke dag samen spelen in de grote ruimte. Nu kun je ook proberen ze samen in één kooi te zetten. Ook dit heeft een gewenningstijd nodig. Dus na een samenzijn in de kooi moeten de konijnen weer privacy kunnen hebben in de eigen kooi, tot ze zo verliefd zijn dat ze samen kunnen blijven. Het is belangrijk als je hiermee geduldig bent, en de konijnen het tempo laat bepalen.

Natuurlijk gebeurt het ook wel dat er geen schot in de koppeling zit. De konijnen vinden elkaars aanwezigheid goed, maar er komen geen tekenen van intimiteit. Hier zou je eigenlijk een duwtje moeten geven. Er zijn wat trucjes voor om de konijnen intiemer te krijgen, zoals bijvoorbeeld verandering van locatie. Je kunt ze op een andere plek zetten, in een kleinere of grotere ruimte. Verandering van omgeving kan maken dat de konijnen dichter tegen elkaar aankruipen, omdat alles vreemd is. De meeste konijnen vinden bananen heerlijk. Er kan wat banaan op het voorhoofd gesmeerd worden, zodat ze elkaars kop af gaan likken. De twee konijnen tegelijk op hun neus aaien maakt ook vaak dat ze hun koppen tegen elkaar duwen.

Tips voor mensen die toch graag twee konijnen willen koppelen al gaat het moeilijk....

Als de konijnen vechten, kan stressen juist helpen om ze te koppelen. Het idee achter stress is dat ze te bang zijn om te vechten, en ze bij elkaar kruipen voor troost. Als ze er eenmaal aan gewend zijn om troost te vinden bij elkaar zullen ze (hopelijk) niet snel meer vechten.

De meeste konijnen houden niet van autorijden. Dus ze kunnen bijvoorbeeld meegenomen worden op een autorit van ongeveer 10-30 minuten. Beste is dit met twee mensen te doen, de één rijdt en de ander let op de konijnen. De konijnen worden in een grote kartonnen doos gezet, met de bovenkant open (tijdens heen en weer lopen naar en van de auto moet de doos gesloten zijn!). Door de vreemde lucht, het bewegen van de auto en het lawaai zullen de konijnen tegen elkaar aankruipen. Vriendelijk aaien onderweg stelt ze een beetje gerust. Eenmaal thuis teruggekomen kunnen ze heel even bij elkaar gezet worden. Omdat ze onder de indruk zijn zullen ze waarschijnlijk niet direct aan vechten denken. Voordat ze helemaal van de schrik bekomen zijn moeten ze gescheiden worden en in hun kooi gezet. Zo hebben ze een prettige niet-vecht herinnering aan elkaar en zulke herinneringen moeten ze zoveel mogelijk krijgen.

Natuurlijk zijn er altijd konijnen die autorijden wel heerlijk vinden.. deze truc werkt dus niet bij hen.

Nog een voor konijnen nare truc is de wasmachine. Zet de konijnen in een grote open doos en zet die boven op de wasmachine. Het bonken van de wasmachine zal ze zo bang maken dat ze tegen elkaar kruipen.

Een derde alternatief is te gaan stofzuigen. Zet de konijnen in een rennetje of in een grote doos en ga om ze heen stofzuigen. Hierbij kun je ook weer beter met z'n tweeën zijn, de één stofzuigt en de ander let op de konijnen. Ook hier geldt weer dat er altijd konijnen zijn die niet bang zijn voor een stofzuiger!

Nadat ze de eerste keer gestressed zijn moeten de konijnen vrijwel direct terug in hun kooien. Na de tweede of derde keer stressen kunnen ze gelijk daarna op een neutrale plek gezet worden en daar kun je ze 10-20 minuten laten blijven. Het duurt even om de stress kwijt te raken, en omdat ze zwaar onder de indruk zijn zullen ze gedurende die tijd niet aan vechten denken. Hopelijk leren ze zo elkaar te vertrouwen. De "na"-tijd kan steeds verlengd worden. Als het lukt om ze een uur tamelijk vreedzaam samen te laten zijn in de neutrale ruimte, kun je de volgende keer proberen ze samen te zetten zonder ze eerst te stressen.

Verandering van locatie

Als je helemaal vastgelopen bent en er zit geen vooruitgang meer in het koppelen, moet er een andere locatie gezocht kunnen worden om verder te werken met de konijnen. Dat kan betekenen dat ze naar een verdieping in je huis gaan waar ze nog nooit geweest zijn. Of naar de badkamer, ook een plek waar een konijn meestal niet komt. Badkamers worden vaak gebruikt als neutrale ruimte omdat die ongeveer de goede maat hebben. Maar je eigen konijn weet nog steeds dat hij in zijn eigen huis is, en dat zijn territorium vlak in de buurt is. Een betere oplossing zou zijn om een uurtje naar het huis van een vriend/vriendin gaan, dat is een perfecte neutrale omgeving. Dit kan gecombineerd worden met stressen. Het autorijden naar het andere huis betekent stress, en het verblijf in het vreemde huis is ook stress. Grote kans dat de konijnen dicht tegen elkaar aan kruipen om troost te vinden. Weer thuisgekomen moeten beide direct terug in hun eigen kooi, ze mogen alleen in die nieuwe neutrale ruimte samen rondlopen.

Deze manier is zelden nodig, maar handig als je een moeizame koppeling hebt.

Geforceerd knuffelen

De konijnen worden naast elkaar gezet. Eén hand op hun ruggen zodat ze moeten blijven zitten. Met de andere hand hun neuzen zachtjes aaien. Ze ontspannen en vinden de aandacht prettig, terwijl ze tegelijkertijd samen met het andere konijn zijn. Hopelijk gaan ze dit samenzijn associëren met prettige gedachten en vinden ze elkaar minder bedreigend.

De uitputtingsmethode

Soms kan alleen maar iets bereikt worden door de zaak te forceren. Zet een keer een oefenren in de huiskamer. Zet de spullen (plantenspuit/handschoenen/gympies) klaar en zet de konijnen in de ren. Het is noodzakelijk dat de hele dag goed op ze gelet wordt, daar moet met bezigheden rekening mee gehouden worden. Er zal weinig tijd voor andere dingen overblijven. Laat ze de hele dag in de ren en spuit elke keer een straal als je agressieve tekenen ziet. Ze moeten in de ren blijven. Vroeger of later, en soms is het echt heel veel later, zullen ze het idee om te gaan vechten opgeven en er de pé in hebben. Na periodes van chaggerijnigheid, kan het gebeuren dat het ene konijn in een onderdanige houding naar het andere toe gaat. Mogelijk zullen ze weer proberen te vechten (blijf in dat geval doorgaan met spuiten) of ze beginnen elkaar te accepteren. Uiteindelijk zullen ze een wankele wapenstilstand sluiten en beginnen een vreedzaam samenzijn op te bouwen. Deze manier is niet geschikt voor konijnen die elkaar haten en zullen gaan vechten op leven en dood, maar wel voor konijnen die steeds naar elkaar blijven uitvallen. Dit is een uitputtingsslag voor zowel de konijnen als voor jou. De volhouder wint.

Veel keutels....

Er zullen vooral in het begin veel keutels te zien zijn. Wilde konijnen, die in verschillende kolonies (konijnenfamilies) wonen, markeren hun gebied door keutels te laten vallen. Zo weet de andere kolonie dat daar de grens is, die ze niet mogen overschrijden. Dit gedrag in huis wordt vaak als onzindelijkheid gezien, maar dat is het dus niet. Als er een hekje tussen twee konijnen staat moet je niet verbaasd zijn als je kleine cadeautjes langs dit hekje vindt. Dit markeren gebeurt bij een afscheiding, of door de hele kamer als ze overal elkaars lucht kunnen ruiken. In het begin van het koppelen kunnen de konijnen zich als twee kolonies beschouwen, en hun gebied willen markeren. Als de konijnen een stelletje zijn geworden verdwijnt dit gedrag over het algemeen. Maar hoe meer konijnen in je huis wonen, hoe meer er gemarkeerd zal worden.

Bron: met dank aan Konijnen.nl