Praktisch woordenboek voor kandidaat-kopers

Praktisch woordenboek voor kandidaat-kopers

Misschien bent u van plan om een huis of een appartement te kopen? De volgende termen kunnen van pas komen op uw parcours van toekomstig eigenaar.

Aanbod tot koop of aankoopbelofte

Dit document is een voorovereenkomst waarmee de kandidaat-koper zich ertoe verbindt - zonder betaling van enig voorschot - om een onroerend goed te kopen aan een vastgestelde prijs. Als de verkoper akkoord gaat met de voorgestelde prijs, zijn beide partijen gebonden en moeten ze een verkoopscompromis tekenen binnen de periode die in dit aanbod is vastgelegd. Er kunnen in het aanbod altijd opschortende voorwaarden worden opgenomen (gekoppeld bijvoorbeeld aan het krijgen van een lening).

Verkoopscompromis

Als het aanbod door de verkoper wordt aanvaard, tekenen beide partijen een verkoopscontract of -compromis. De kandidaat-koper betaalt hierbij ook een voorschot van meestal 10% van de totale koopsom. Een verkoopscompromis is een verkoopovereenkomst die het bewijs vormt van het tussen de partijen gesloten contract. Het is dan ook aan te raden om het door een notaris te laten opstellen. Ook het compromis kan opschortende voorwaarden bevatten. Die kunnen bijvoorbeeld van financiële of stedenbouwkundige aard zijn.

Notariële akte of authentieke akte

De koper en verkoper zijn verplicht om binnen een tijdsspanne van maximaal 4 maanden na het tekenen van het compromis de verkoop van het onroerend goed in het bijzijn van hun notaris wettelijk te bezegelen. Het verlijden van deze akte gebeurt traditioneel bij de notaris van de kandidaat-koper. De authentieke akte regelt de overdracht van het goed en de betaling van de prijs aan de eigenaar.

Tontinebeding of beding van aanwas

Een beding van aanwas is een oplossing voor een niet-gehuwd koppel om er gegarandeerd voor te zorgen dat de langstlevende partner de samen aangekochte eigendom in volle eigendom zal verwerven of er levenslang het vruchtgebruik van zal hebben. Zo'n beding moet in de koopakte opgenomen worden.

Kadastraal inkomen

Het kadastraal inkomen is historisch bekeken het gemiddeld netto-inkomen dat een woning tijdens één jaar aan de eigenaar zou opbrengen, rekening houdend met de huurmarkt op het referentietijdstip (dat wil zeggen op 1 januari 1975). In de praktijk dient het kadastraal inkomen als basis voor de berekening van de roerende voorheffing, dat is de belasting die elke eigenaar van een woning jaarlijks moet betalen. Elke wijziging aan het goed moet aan het kadaster worden gemeld. Op basis daarvan wordt het kadastraal inkomen aangepast.

Registratierechten

Registratierechten zijn een soort belasting die door de regionale overheid wordt geheven op het moment dat de eigendomsoverdracht van een onroerend goed wordt geregistreerd. Bij een kadastraal inkomen onder de 745 euro (of meer voor kroostrijke gezinnen) kennen de Waalse en de Vlaamse Regering een vermindering van de registratierechten toe. In Brussel is de eerste schijf van 60.000 of 75.000 euro (al naargelang van de zone) vrijgesteld van registratierechten. Voor nieuwbouw worden er alleen op de bouwgrond registratierechten geheven. De woning zelf valt onder het stelsel van de BTW.

Hypotheek

In de praktijk kent de hypothecaire lening die door een bank wordt verleend aan deze bank de eigendom toe van het goed waarvoor deze lening werd aangegaan als de lening niet wordt afgelost volgens de voorwaarden die zijn opgenomen in het leningscontract.

Auteur: Stéphanie Koplowicz, journaliste ViVio